Verklarende woordenlijst

exploitatierekening

bruto-omzet = volledige opbrengst van alle dit jaar gereedgekomen werken (aangenomen, regie, onderhoud) plus de verandering van het onderhanden werk over dit jaar.

werk derden =  het uitbestede werk aan derden tegen de kosten zoals betaald aan de onderaannemer of bouwpartner. Als er alleen personeel wordt ingeleend hoort dat dus niet bij uitbesteed werk aan derden.

eigen productie = bruto-omzet minus inkoop werk derden

inkoop materiaal =  alle inkoop van materialen die betrekking heeft op de gereedgekomen werken en de verandering van het onderhanden werk

toegevoegde waarde = “eigen productie” minus “inkoop materiaal”. Dit is de basis voor de vergelijking van bedrijven. Aan de ingekochte goederen voegt de organisatie waarde toe met als doel hier dan ook winst mee te maken.

bedrijfskosten= loonkosten plus overige bedrijfskosten

loonkosten = alle loonkosten incl. sociale lasten, vakantiegeld, overuren, gratificaties voor personeel in eigen dienst en voor ingeleend personeel.

overige bedrijfskosten = alle overige bedrijfskosten zoals: vervoerskosten, huisvestingskosten, verkoopbevordering, kantoorkosten, advies en verzekeringen. (Let op: onder deze kosten vallen ook de afschrijvingskosten op investeringen).

exploitatieresultaat =  ebit  = resultaat voor rente baten en lasten, buitengewone baten en lasten en voor belastingbetaling.

rente baten en lasten = saldo van rentekosten en baten alsmede betalingskortingen.

directe bedrijfskosten= materiaal, werk derden, monteursgebonden kosten en projectgeboden kosten

samenstelling personeel

M = montage personeel: alle monteurs, van hulp t/m chef monteur

P = projectgebonden personeel: verkopers, calculators, tekenaars, engineers, werkvoorbereiding, inkoop, projectleiding, magazijn, werkplaats

S = staf personeel, waaronder directie, administratie, HRM of PZ, interne ICT, KAM, Marketing en communicatie, algemeen secretariaat

fte = full time equivalent  = vol tijds medewerker, in dit onderzoek wordt met fte het eigen personeel bedoeld (inclusief directie/ dga).

fte+ = eigen + ingeleend personeel

indeling grootte klasse Techniek Nederland

kleine installatiebedrijven

klasse 1  1 t/m 3 medewerkers

klasse 2  4 t/m 7 medewerkers

klasse 3  8 t/m 15 medewerkers

klasse 4  16 t/m 25 medewerkers

middelgrote installatiebedrijven

klasse 5  26 t/m 50 medewerkers

klasse 6  51 t/m 100 medewerkers

klasse 7  101 t/m 250 medewerkers

grote installatiebedrijven

klasse 8  250 t/m 1.000 medewerkers

klasse 9  1.000 medewerkers en meer

Indeling techniek

elektra  bedrijven waarvan de omzet elektra  > 70%

werktuigbouw  bedrijven waarvan de omzet klimaat en sanitair > 70%

gemengd  omzet is verspreid over verschillende activiteiten


Geplaatst op 31 mei 2024